Klachten

ADD

ADD staat voor Attention Deficit Disorder wat in het Nederlands vaak wordt aangeduid als “aandachtstekort”. Kinderen met ADD hebben vaak moeite om de aandacht vast te houden. Ze zijn dromerig, kunnen moeilijk hoofd- en bijzaken van elkaar scheiden, zijn rusteloos en vaak impulsief in hun gedrag. Het verschil met ADHD is dat kinderen met ADD geen hyperactief gedrag vertonen en gedragsproblemen staan vaak minder op de voorgrond. ADD bij volwassenen kan ook voorkomen en laat vaak dezelfde symptomen zien als bij kinderen met ADD.

add bmc sneekADD en neurofeedback

In de hersenen van kinderen en volwassenen met ADD kunnen afwijkingen te zien zijn in de hersenactiviteit. Bepaalde gebieden in de hersenen werken te langzaam, wat samen kan gaan met de klachten die zij ervaren. Wanneer we met neurofeedback ADD behandelen, proberen we de activiteit in de hersenen te verhogen waardoor klachten kunnen verminderen.

Resultaten en effectiviteit van neurofeedback bij ADD

Er zijn veel onderzoeken gedaan naar de effectiviteit van neurofeedback bij ADD. De American Academy of Pediatrics (AAP) concludeert op basis van wetenschappelijk onderzoek, dat neurofeedback voor ADD één van de beste behandelingen is en dat neurofeedback net zo effectief is als gebruik van medicatie!

Neurofeedback bij ADD kan tot de volgende resultaten leiden:

  • De aandacht en concentratie verbetert
  • Meer rust in het hoofd
  • Impulsiviteit neemt af
  • Minder dromerig zijn
  • Beter kunnen plannen en organiseren.
  • Meer inzicht en overzicht in de wereld om je heen
  • Beter kunnen starten en stoppen met taken
  • Beter kunnen schakelen tussen taken
  • Beter in- en doorslapen
  • Meer zelfvertrouwen
  • Verbetering in stemming

ADHD

ADHD (Attention Hyperactivity Disorder) is een ziektebeeld dat gekenmerkt wordt door aandachtsproblemen met of zonder hyperactiviteit. ADHD komt zowel bij kinderen als volwassenen voor.

Bij ADHD gaat er iets mis bij de signaaloverdracht tussen de hersencellen. Deze zogenaamde signaaloverdracht gebeurt door chemische stoffen, ook wel neurotransmitters geheten. Dat kan tot gevolg hebben dat bepaalde delen van de hersenen die zich met sturing van gedrag bezig houden, minder goed werken.

De meest voorkomende vormen zijn:

ADD er is met name sprake van tekort aan aandacht
ADHD er is met name sprake van aanhoudende hyperactiviteit en impulsiviteit
ADHD combinatie van beide types, dit type komt het meest voor.

Kenmerken kunnen zijn:

  • aandacht- en concentratiestoornis
  • druk gedrag (hyperactiviteit)
  • niet stil kunnen zitten
  • impulsief zijn
  • snel afgeleid
  • moeilijk een taak afronden

ADHD kan samen gaan met bijv. stoornissen in het autistisch spectrum, gedragsstoornissen, angst- en stemmingsstoornissen, tics en leerproblemen.

Uit erfelijkheidsonderzoek blijkt dat 70% erfelijk bepaald is, maar het kan ook door omgevingsfactoren zoals bv. roken en/of drinken tijdens de zwangerschap ontstaan.

Statistieken

Bij jongens komt ADHD 3 tot 4 keer zo vaak voor als bij meisjes. In Nederland is de diagnose ADHD bij 3 % van de kinderen tussen vijf en veertien gesteld. Er zijn daarnaast nog dubbel zo veel kinderen die een deel van de klachten heeft, bv. aandacht- en concentratiestoornissen.
Ongeveer de helft van de kinderen heeft tijdens de puberteit nog steeds ADHD en uiteindelijk blijkt dat van de volwassenen nog ongeveer 1/3 ADHD houdt.

Diagnose bij volwassenen, AADD

Sinds kort wordt ADHD bij volwassenen onderkend en wordt ook wel AADD genoemd (Adult Attention Deficit Disorder). Voorwaarde voor het stellen van de diagnose is dat de problemen sinds de kindertijd spelen. Vaak neemt, na de kindertijd, de hyperactiviteit af, maar blijven er symptomen zoals bijv. aandacht- en concentratiestoornissen, gebrek aan organisatietalent, snel afgeleid zijn, vaak dingen kwijt zijn, over. Het is aangetoond dat een aantal psychiatrische problemen zoals bv. angst- en eetstoornissen, borderline, slaapproblemen en verslaving samengaan met ADHD.

Aandacht- en concentratieproblemen

Aandacht- en concentratieproblemen komen niet alleen bij kinderen en volwassen met ADHD voor. Dit soort problemen kunnen ook optreden bij o.a. een Burn out, naast dyslexie, bij een depressie of bv. na een hersenbloeding.
Maar ook zonder deze diagnoses kunnen mensen last hebben van aandacht- en concentratieproblemen, waardoor er problemen kunnen ontstaan op het werk of op school. Wanneer we met neurofeedback ADHD behandelen proberen we de hersenactiviteit te verbeteren, waardoor klachten afnemen en soms zelfs geheel verdwijnen!

Resultaten en effectiviteit van neurofeedback bij ADHD

Er zijn veel onderzoeken gedaan naar de effectiviteit van neurofeedback bij ADHD. De resultaten zijn zeer positief. De American Academy of Pediatrics (AAP) concludeert op basis van wetenschappelijk onderzoek dat neurofeedback voor ADHD één van de beste behandelingen is en dat er voor neurofeedback evenveel wetenschappelijke onderbouwing is als voor een behandeling met medicatie.                                          Neurofeedback kan goed ingezet worden bij kinderen en volwassenen met ADHD die niet of onvoldoende reageren op medicatie. Ook wanneer iemand graag zijn medicatie wil afbouwen, kan neurofeedback hiervoor een goede uitkomst bieden.

Angst

Angst is een pijnlijk gevoel van onbehagen en van een mogelijk dreigend gevaar. Als de omgeving geen aanleiding geeft voor angst, spreekt met van een angststoornis.

Iedereen is wel eens angstig. Maar bij een angststoornis is die angst ongegrond. De omstandigheden vormen geen aanleiding voor de angst. Door een angststoornis gaat men op den duur doodgewone situaties vermijden. Een normaal leven leiden, wordt dan moeilijk. De gevolgen van een angststoornis kunnen zeer ernstig zijn (zoals vereenzaming en alcoholmisbruik).

Angstklachten kennen verschillende vormen. Angst kan zich bijvoorbeeld uiten door veelvuldig piekeren, zorgen maken en “beren op de weg zien”. Maar er bestaan ook specifieke angststoornissen, zoals vliegangst of angst voor kleine ruimtes. Een andere specifieke angststoornis is Post Traumatische Stress Stoornis (PTSS), waarbij angstklachten ontstaan na een traumatische gebeurtenis. Een ander voorbeeld is Obsessief-Compulsieve stoornis, waarbij dwangmatige gedachten en/of handelingen zoals bijvoorbeeld handen wassen of schoonmaken voorop staan.

19% van de Nederlanders heeft ooit in zijn leven last van een angststoornis. Het komt vaker voor bij vrouwen dan bij mannen.

De hersenmeting (QEEG)Angst Klachten

Wanneer er sprake is van angstklachten of een bepaalde angststoornis, gaat dit vaak gepaard met een verschil in activatie tussen bepaalde gebieden in de linker- en rechterhersenhelft (frontale schors). Angstklachten gaan vaak gepaard met overactiviteit in de rechterhersengebieden. Ook snellere golven, zoals bèta- en gammagolven, kunnen voorkomen bij mensen met angststoornissen en hebben dan meestal te maken met piekergedrag en negatieve emoties.

Resultaten en effectiviteit van neurofeedback bij Angstklachten

Er is veel onderzoek gedaan naar de effectiviteit van neurofeedback bij angstklachten. Neurofeedback bij mensen met angststoornissen zorgt voor verminderde activiteit van de rechter frontale (voorste) hersenhelft, waardoor angstklachten afnemen. De resultaten van de behandeling van angstklachten met neurofeedback is dan ook wetenschappelijk onderbouwd. Eventuele bijkomende klachten als piekeren, slaapproblemen, hoofdpijn en concentratieproblemen kunnen ook verbeteren.

 

 

Burn-Out

Wanneer iemand lange tijd stress ervaart, kan dit tot problemen leiden. Er kunnen zich klachten voordoen als een nerveus en opgejaagd gevoel, slaapproblemen, hoofdpijn, hyperalert zijn, spanning in je hoofd en lichaam, snel geïrriteerd en kwaad worden en gevoelens van machteloosheid en onzekerheid.

Wanneer stress lang aanhoudt, kan het leiden tot een burn-out. Risicofactoren voor een burn-out zijn een sensitieve persoonlijkheid met een bovengemiddeld verantwoordelijkheidsgevoel en perfectionistisch zijn.

Een burn-out gaat vaak gepaard met veel moeheid, het gevoel niets meer aan te kunnen en aandacht- en concentratieproblemen. Een burn-out wordt vaak gezien als een werkgerelateerde ziekte. Dit hoeft echter niet altijd zo te zijn. Het is een combinatie van factoren die voor chronische stress zorgen, waardoor je in een burn-out raakt. Het is belangrijk dat iemand met een burn-out behandeling gaat zoeken om klachten te verminderen en te voorkomen dat burn-out klachten in de toekomst weer verergeren.

Een andere stressgerelateerde stoornis is posttraumatische stressstoornis of PTSS. Dit is een psychische aandoening die kan ontstaan na het meemaken van schokkende, traumatische ervaringen. Patiënten ervaren langdurig psychische gevolgen van deze ervaringen. Symptomen kunnen zijn angst, schaamte, prikkelbaarheid, slaapstoornissen, nachtmerries of flashbacks. Van PTSS is sprake wanneer de symptomen langer dan een maand aanwezig zijn en er beperkingen in het dagelijks functioneren ontstaan. PTSS gaat vaak samen met depressie, angststoornissen en verslaving. Het is daarom belangrijk om zo snel mogelijk hulp te zoeken en niet te blijven wachten als na een traumatische ervaring de symptomen zich blijven voordoen of in ernst toenemen.

De hersenmeting (QEEG)Burn-out Klachten

In geval van een burn-out wordt tijdens een intake gekeken in welk van de twee stadia u zit. Het eerste hyperalerte stadium waarbij teveel overactiviteit in de hersenen zichtbaar is of het tweede waarbij vooral onderactiviteit in de hersenen zichtbaar is. Afhankelijk van het stadium, dus afhankelijk van de toestand van de hersenen worden de snelle golven getraind of juist de langzame golven. Beide hebben als doel om naar een normale activiteit van de hersenen toe te trainen. Hierdoor zullen klachten verminderen en soms zelfs geheel verdwijnen.

Resultaten en effectiviteit van neurofeedback bij Burn-Out

Neurofeedback als burn-out behandeling kan ondersteunend werken naast andere vormen van therapie, zoals gesprekstherapie of coaching.

Bij mensen met burn-out kan behandeling met neurofeedback tot de volgende veranderingen leiden:

  • Afname onrust in lichaam en hoofd
  • Spanningsklachten verminderen
  • Meer ontspanning ervaren
  • Moeheid neemt af
  • Hoofdpijn neemt af
  • Slaapproblemen verminderen
  • De concentratie verbetert
  • Beter grenzen kunnen aangeven
  • Meer zelfvertrouwen
  • Het geheugen verbetert
  • Irritatie en boosheid nemen af

Depressie

Wanneer een neerslachtige bui lang aanhoudt en ernstige problemen veroorzaakt, kan er sprake zijn van een depressie. Depressie is één van de meest voorkomende ziektebeelden bij volwassenen, maar kan ook bij kinderen voorkomen. Er zijn verschillende vormen van een depressie en ook de mate waarin een depressie voorkomt, kan variëren van licht tot ernstig. Depressie kan in episodes voorkomen of continu aanwezig zijn. Bezoek altijd de huisarts als je denkt dat er bij jou sprake kan zijn van een depressie. Behandeling van een depressie is namelijk erg belangrijk.

De hersenmeting  (QEEG)

Zowel bij een depressie als bij angststoornissen zie je meestal frontaal in de hersenen een asymmetrie in de hersenactiviteit. Links zijn de hersenen dus anders geactiveerd dan rechts.                                                                     In het geval van depressie is vaak een onderactiviteit zichtbaar die links frontaal groter is ten opzichte van  rechts frontaal.

Resultaten en effectiviteit van neurofeedback bij Depressie

Wanneer u in een zware depressie zit, is neurofeedback niet geschikt. Wanneer u een lichte of matige depressie heeft, behoort  neurofeedback tot een  goede behandel- mogelijkheid.  Ook als u zo nu en dan een depressieve episode meemaakt, is neurofeedback een behandelmogelijkheid. Neurofeedback kan ook ingezet worden bij mensen met een depressie die niet of onvoldoende reageren op medicatie. Ook wanneer iemand graag zijn medicatie wil afbouwen, kan neurofeedback hiervoor een goede uitkomst bieden. Natuurlijk gebeurt afbouw van medicatie altijd onder begeleiding van een daartoe bevoegde arts (bv. eigen huisarts of psychiater).

Door neurofeedback als depressie-behandeling in te zetten kan dit tot de volgende verbeteringen leiden:

  • Verbetering stemming
  • Afname somberheid
  • Moeheid neemt af
  • Eventuele slaapproblemen nemen af
  • Concentratie verbetert
  • Toename zelfvertrouwen
  • Vermindering van vermijdend gedrag

Dwangklachten

Mensen met dwangklachten hebben last van dwanggedachten en/of dwanghandelingen. Dwanggedachten zijn steeds terugkerende gedachten die angst en spanning oproepen en moeilijk los te laten zijn. Dwanghandelingen zijn handelingen die een persoon steeds op dezelfde manier uitvoert. Door deze dwanghandelingen uit te voeren, vermindert hun spanning en angst.

Iedereen kijkt weleens of de deur goed op slot zit of checkt een keer extra of het gasfornuis uit is. Wanneer je hier echter elke dag mee bezig bent en het je dagelijks functioneren beïnvloedt, dan kan je een dwangstoornis hebben. Een dwangstoornis wordt ook wel een obsessief-compulsieve stoornis (OCS) of  obsessieve-compulsive disorder (OCD) genoemd.

Angst- en dwangklachten komen zowel bij volwassenen als kinderen voor. Dit kan grote gevolgen hebben voor het dagelijks functioneren van die persoon, zijn ontwikkeling en het functioneren van het hele gezin. Mensen met angst- en dwangklachten gaan vaak situaties vermijden. Ze durven niet meer naar buiten of alleen thuis te blijven. Dit heeft grote gevolgen voor henzelf en hun omgeving. Het is daarom erg belangrijk bij dwangklachten snel behandeling te zoeken.

Ook kinderen kunnen last hebben van angst- en dwangklachten. Dit kan grote gevolgen hebben voor het dagelijks functioneren van het kind, zijn ontwikkeling en het functioneren van het hele gezin. Kinderen met angst- en dwangklachten gaan vaak situaties vermijden. Ze durven niet meer naar school of alleen thuis te blijven. Dit heeft gevolgen voor hun ontwikkeling en het is daarom belangrijk bij dwangklachten snel behandeling te zoeken.

Resultaten en effectiviteit van neurofeedback bij Dwangklachten

Dwangklachten kunnen behandeld worden met gedragstherapie. Soms wordt ook medicatie voorgeschreven. Ook neurofeedback kan bij dwangklachten als behandeling ingezet worden. Bij mensen met dwangklachten kan afwijkende hersenactiviteit zichtbaar zijn . Dit is vaak te zien in de voorste hersenkwabben. Indien dit zo is, kan neurofeedback ingezet worden. Wanneer neurofeedback bij dwangklachten als behandeling wordt ingezet, is de behandeling erop gericht de afwijkende activiteit te verminderen, waardoor dwangklachten kunnen afnemen.

 

Dyslexie

Dyslexie, ook wel woordblindheid genoemd, betekent letterlijk dat iemand moeite heeft met taal.
Bij dyslexie gaat lezen, spellen en ook zelf schrijven, veel te moeizaam, terwijl iemand wel een gemiddelde intelligentie heeft. Kinderen met dyslexie hebben problemen op één of meer van de volgende drie gebieden: verklanken (klanken koppelen aan lettersymbolen), automatiseren (een woord in één keer herkennen) en het werkgeheugen Er is alleen sprake van dyslexie als er geen andere oorzaken zijn die de leesproblemen kunnen verklaren.

Dyslexie en de hersenen

Er zijn meerdere theorieën in omloop over de oorzaak van dyslexie. Drie veel voorkomende theorieën zijn:

  • Er gaat iets mis in de aanleg van de hersenen waardoor de linker hersenhelft langzamer ontwikkelt dan de rechter helft.
  • Een deel van de informatieverwerking in de hersenen verloopt niet snel genoeg.
  • Verlaagde activiteit in de hersengebieden voor woordherkenning en woordanalyse.

QEEG-metingen laten zien dat de gebieden die betrokken zijn bij het leren lezen en spellen niet goed ontwikkeld zijn en werken niet optimaal.  Neurofeedback als dyslexie-behandeling richt zich erop deze onderactiviteit te verminderen. Dit kan leiden tot een vermindering van klachten.

De wetenschap is het er in ieder geval over eens dat dyslexie in grote mate erfelijk bepaald is. Kinderen van ouders met dyslexie hebben een grotere kans om zelf dyslexie te krijgen, dan kinderen waarbij geen dyslexie in de familie voorkomt. Dyslexie is een hersenaandoening en houdt niet op bij het bereiken van volwassenheid.

Dyslexie komt bij ongeveer 4 % van alle Nederlanders voor, waarbij bijna drie keer zoveel jongens als meisjes dyslexie hebben.

 

Dyscalculie

Dyscalculie is een leerstoornis op het gebied van rekenen en ruimtelijk inzicht en is nauw verwant aan dyslexie. Immers, er wordt gerekend met symbolen die bij elkaar getallen vormen (net zoals letters woorden vormen bij geschreven taal). Er kunnen meerdere oorzaken zijn zoals een hersenbeschadiging, of het kan erfelijk van aard zijn.

Er worden drie vormen van dyscalculie onderscheiden: geen cijfers en getallen kunnen lezen of op de juiste manier opschrijven; het op de verkeerde plek plaatsen van cijfers en getallen; de rekenregels niet (meer) beheersen.

Epilepsie

Epilepsie is een aandoening die zich uit in de vorm van aanvallen. Aanvallen ontstaan door een plotselinge, tijdelijke verstoring van de elektrische prikkeloverdracht in de hersenen. Hersencellen communiceren met elkaar door het afgeven van elektrische impulsen. Bij een epilepsieaanval worden sommige hersencellen overactief en gaan in het wilde weg elektrische signalen afgeven. Er is dan sprake van abnormale ontladingen van elektriciteit die het normale functioneren verstoren. De aanval, ook wel insult genoemd, duurt meestal maar kort. De klachten hangen samen met de ernst en de plaats in de hersenen waar de “kortsluiting” heeft plaatsgevonden.

Oorzaak

Bij de helft van de epilepsiepatiënten is er geen aanwijsbare oorzaak. Bij de anderen is epilepsie het gevolg van andere hersenaandoeningen, zoals hersenletsel door een ongeluk, een hersentumor, een ontsteking in de hersenen, een beroerte of zuurstoftekort. Daarnaast zijn er omstandigheden waarin een aanval wordt vergemakkelijkt, zoals stress of slaaptekort. Verstandelijk gehandicapten hebben vaker last van epilepsie dan anderen.

Epilepsie bij kinderen

  • Kortdurende bewustzijnsdalingen (absences)
  • In duur variërend van 2 tot 20 seconden
  • Frequentie tot tientallen malen per dag
  • Het kind staart en vertoont daarbij nauwelijks of geen motorische activiteit, soms is er even omhoog wegdraaien van de ogen.
  • De prognose is vrij gunstig, het merendeel van de kinderen is goed te behandelen en komt in remissie.

Epilepsie en ADHD

  • Ruim 50% van kinderen met epilepsie heeft leer- en gedragsproblemen.
  • Ruim 30% van kinderen met epilepsie heeft ook ADHD.

Behandeling van Epilepsie

De meest voorkomende vorm van behandeling bij epilepsie is het inzetten van medicatie. Soms is het mogelijk epilepsie operatief te behandelen. Als medicatie en een operatie geen uitkomst bieden, wordt soms gekozen voor een ketogeen dieet of Nervus Vagus Stimulatie. Een relatief nieuwe methode is Diepe Brein Stimulatie.

Neurofeedbackbehandeling bij epilepsie kan leiden tot een vermindering van het aantal insulten.                                                                   Neurofeedback richt zich op het verhogen van de prikkeldrempel.   Studies die gedaan zijn naar het effect van neurofeedback bij epilepsie, betroffen patiënten die onvoldoende reageerden op medicatie.

In 74% van de gevallen werd er een duidelijke vermindering waargenomen van aanvallen.

Overzicht voornaamste studies door Tan et al. (2009)

Hoofdpijn

Eén op de vijf Nederlanders heeft minimaal één dag in de week last van hoofdpijn. Ook zijn er mensen die elke dag hoofdpijn ervaren. Er bestaan verschillende soorten hoofdpijn. Te denken valt aan migraine, maar ook stress, spanning en slapeloosheid kunnen spanningshoofdpijn veroorzaken en het dagelijks leven ernstig verstoren. Een andere vorm van hoofdpijn die met name bij mannen voorkomt, is clusterhoofdpijn.

Resultaten en effectiviteit van neurofeedback bij Hoofdpijn

Er zijn verschillende behandelingen die hoofdpijn kunnen verminderen. Vaak wordt medicatie voorgeschreven. Soms is een therapeutische behandeling een oplossing.

Hoofdpijn en met name migraine, gaat vaak gepaard met verhoogde activiteit. Door de neurofeedbacktraining neemt de hoofdpijn en/of de intensiteit af.  Bij migraine nemen de aanvallen af in hoeveelheid en intensiteit, of blijven de aanvallen helemaal achterwege.

Migraine

Bij mensen met migraine ontstaat er een plotselinge hoofdpijn die gepaard kan gaan met misselijkheid en braken. Daarnaast kan iemand overgevoelig raken voor licht en geluid. Soms gaat er een aura vooraf aan een migraineaanval, het blikveld verandert, men ziet lichtjes en flikkeringen. Ook kunnen er tintelingen in een lichaamshelft voorkomen. Een migraineaanval duurt minimaal vier uur en is meestal na een dag (soms twee tot drie dagen) over.

Bij kinderen met migraine kunnen de symptomen anders zijn. Vaak komt  buikpijn, overgeven en verwardheid voor, waarna alsnog de hoofdpijn volgt.

De klachten zijn:

  • De hoofdpijn komt in aanvallen
  • De pijn zit aan beide zijden van het hoofd, soms aan één kant
  • De pijn is niet altijd bonzend en kloppend
  • De aanval duurt 2 uur tot 2 dagen

Verschijnselen:

  • Buikpijn
  • Misselijkheid
  • Overgeven
  • Diarree
  • Overgevoeligheid voor licht
  • Overgevoeligheid voor geluid
  • Het zien van lichtflitsen, sterretjes en spikkeltjes
  • Bleek zien
  • Slaperigheid
  • Zweten
  • Tintelingen in een arm

Bij jonge kinderen manifesteren migraineaanvallen zich zonder hoofdpijn; bij 10 à 20% ontstaat buikpijn. Het optreden van aanvalsgewijze buikklachten, samengaand met bleekheid, lethargie en misselijkheid, kan soms op latere leeftijd overgaan in migraineaanvallen. De hoofdpijnaanval debuteert meestal tussen 6-8 jaar en neemt in de daaropvolgende jaren in frequentie toe. Hoewel er bij veel kinderen binnen 6 maanden een aanzienlijke afname optreedt van de aanvalsfrequentie, blijft bij ongeveer de helft op volwassen leeftijd migraine bestaan.

Resultaten en effectiviteit van neurofeedback bij Migraine

Er zijn verschillende manieren om een migraine te behandelen. Vaak worden medicijnen voorgeschreven die de symptomen van de aanval bestrijden en die migraineaanvallen kunnen voorkomen. Ook neurofeedback kan bij migraine uitkomst bieden. Hersenmetingen bij mensen met migraine laten vaak afwijkende patronen in hersenactiviteit zien. Deze afwijkende activiteit kan met neurofeedback getraind worden, waardoor migraineklachten kunnen verminderen of geheel verdwijnen.

Veel cliënten hebben goede ervaringen wanneer neurofeedback als migraine-behandeling wordt ingezet. In het begin van het behandeltraject merkt de cliënt vaak nog wel dat een aanval eraan lijkt te komen, maar deze zet vaak niet meer door. Na enkele sessies is er nog een gevoel van moeheid te bespeuren op momenten dat eigenlijk een migraineaanval zou plaatsvinden. Op den duur blijkt dat door neurofeedback de migraineaanvallen zullen afnemen.

Wanneer neurofeedback als migraine-behandeling wordt ingezet, kan dat tot de volgende veranderingen leiden:

  • Afname aantal migraineaanvallen
  • Periodes tussen twee aanvallen wordt langer
  • Soms blijven migraineaanvallen geheel weg

migraine klachten

Autisme/PDD-NOS/Asperger

De term autisme wordt vaak gebruikt voor meerdere aandoeningen in het autistisch spectrum. Echter autisme is één van de autismespectrumstoornissen (ASS). Hieronder vallen naast autisme ook PDD-NOS, het syndroom van Asperger en een aantal minder vaak voorkomende stoornissen.

Het zijn allen vormen van een ontwikkelingsstoornis en is in negen van de tien gevallen erfelijk bepaald. Echter het vermoeden is dat er niet één specifiek gen verantwoordelijk is voor ASS maar een combinatie van meerdere genetische veranderingen, waardoor er een ontwikkelingsstoornis ontstaat.

Symptomen

ASS is een stoornis in de informatieverwerking in de hersenen. Kenmerkend voor mensen met ASS zijn beperkingen op drie gebieden. Deze beperkingen komen bij alle mensen met ASS in meer of mindere mate voor:

  • Sociale interactie en verbeelding. Ze zijn bijvoorbeeld erg in zichzelf gekeerd of maken geen oogcontact met anderen; ze kunnen zich moeilijk inleven in andere mensen.
  • Communicatie en (lichaams)taal. Ze herkennen vaak geen gezichtsuitdrukkingen (boos, blij, verdrietig), hun taalontwikkeling is vaak vertraagd en afwijkend; ze nemen figuurlijke uitspraken letterlijk.
  • Stereotiepe interesses en gedrag. Ze kunnen bijvoorbeeld helemaal opgaan in een bepaalde activiteit, zodat nergens anders aandacht meer voor is. In hun gedrag zijn vaak herhalende patronen te herkennen.

Verder zijn mensen met autisme  vaak overgevoelig voor prikkels van buitenaf.

(bron: www.hersenstichting.nl )

Resultaten en effectiviteit van neurofeedback bij Autisme

Hersenmetingen bij kinderen en volwassenen met autisme laten vaak ontregelingen zien die bij personen zonder autisme niet te zien zijn.

Het is bekend dat links frontaal er meer onderactiviteit gemeten wordt ten opzichte van rechts frontaal. Maar er zijn meer specifieke ontregelingen in de hersenen zoals bijvoorbeeld epileptiforme activiteit in het EEG, die overigens niet hoeven te leiden tot epilepsie.

Ook QEEG-metingen laten veranderingen zien. Eén van de meest onderzochte QEEG-veranderingen bij autisme heeft te maken met de activiteit van de motorische gebieden. Bij het uitvoeren van bewegingen worden de motorische gebieden in de hersenen geactiveerd, wat ook goed te zien is in een QEEG-meting. Uit recent onderzoek blijkt dat dezelfde gebieden ook geactiveerd worden als een gezond persoon iemand anders ziet bewegen.

Bij mensen met autisme worden de motorische gebieden ook geactiveerd als ze zelf bewegen, maar niet als ze iemand anders zien bewegen. Ze herkennen bewegingen van anderen dus niet als iets dat ze zelf zouden kunnen uitvoeren, de motoriek wordt niet gespiegeld in hun eigen hersenen. Zenuwcellen die actief zijn tijdens, zowel het uitvoeren van bewegingen als het observeren van bewegingen, worden daarom ook wel spiegelneuronen genoemd. En het lijkt erop dat deze bij mensen met autisme minder goed functioneren. De sociale problemen die vaak optreden bij mensen met autisme hebben hier waarschijnlijk ook mee te maken, omdat het herkennen van mimiek in het gezicht van anderen in wezen ook het herkennen van bewegingen is.

Neurofeedbackprotocollen die ingezet worden bij ADHD blijken vaak ook erg zinvol te zijn bij autisten. Vaak zijn de verbeteringen terug te voeren op verbeterde alertheid en concentratie. Uit onderzoeken blijkt ook dat met bepaalde behandelprotocollen verbetering mogelijk is op het gebied van sociaal gedrag, communicatieve vaardigheden en cognitief functioneren (leren, denken, etc.).

Slaapproblemen

Er bestaan veel soorten slaapproblemen. Het meest voorkomend is slapeloosheid, ook wel insomnie genoemd. Andere vormen van slaapproblemen zijn onder andere parasomnie (stoornissen tijdens de slaap zoals slaapwandelen), slaap-apneu (een slaapstoornis waarbij tijdens de slaap perioden van ademstilstand of ernstig verzwakte ademhaling voorkomen) en narcolepsie (overdag regelmatig en oncontroleerbaar in slaap vallen).

Eén op de drie Nederlanders heeft regelmatig tot vaak last van slaapproblemen en wil graag deze slaapproblemen oplossen. Moeite met inslapen, lang wakker liggen, te vroeg wakker worden en niet meer kunnen inslapen, zijn symptomen van slapeloosheid.

Hoe ouder we worden, des te minder slaap we nodig hebben. Ook neemt het dromen af naarmate je ouder wordt. Dit is normaal. Toch ervaren veel ouderen slapeloosheid als erg vervelend en willen zij graag de slaapproblemen oplossen. Natuurlijk kunnen ook ouderen serieuze slaapproblemen ontwikkelen. Sommigen aandoeningen, zoals Parkinson, gaan gepaard met slaapproblemen.

Resultaten en effectiviteit van neurofeedback bij Slaapproblemen

Slaapproblemen oplossen kan op verschillende manieren. Het is belangrijk te kijken waar de slaapproblemen door veroorzaakt worden.

Neurofeedback kan bijdragen aan het verminderen of oplossen van slaapproblemen. Onderzoek heeft aangetoond dat slaapproblemen ook overdag leiden tot veranderingen in de activiteit van de hersenen. Daarom kunnen hersenmetingen ook goed uitgevoerd worden op het moment dat iemand wakker is. Het uitvoeren van neurofeedback bij mensen met slaapproblemen is afhankelijk van de uitkomsten van de QEEG-meting en de klachten die iemand ervaart.

Wanneer bij slaapproblemen behandeling met neurofeedback wordt ingezet, kan dat tot de volgende veranderingen leiden:

  • Sneller in slaap vallen en minder lang wakker liggen
  • Minder vaak wakker worden gedurende de nacht
  • Sneller weer in slaap vallen indien u wel wakker wordt
  • Vermoeidheidsklachten nemen af
  • Hoofdpijn neemt af

 

 

Oorsuizen  (Tinnitus)

Bij oorsuizen, ook wel tinnitus genoemd, hoort iemand geknetter, suizen, piepen, gebrom, ritselen of meerdere geluiden door elkaar terwijl er in de omgeving geen geluid te bekennen is. Deze geluiden kunnen continu worden gehoord of met tussenpozen. Ze kunnen in lichte vorm aanwezig zijn maar ook allesoverheersend. Ruim 1 miljoen mensen hebben een vorm van oorsuizen (tinnitus).

Oorsuizen (tinnitus) kan leiden tot slaapproblemen, concentratieproblemen, angst, neerslachtigheid en prikkelbaarheid.

Oorsuizen en de hersenen

Oorsuizen (tinnitus) kan ontstaan als gevolg van de ziekte van Ménière, een ontsteking in het middenoor en het gebruik van bepaalde medicijnen. Bij een groot deel van de mensen met oorsuizen is echter lawaai de oorzaak. Door lawaai raakt het slakkenhuis beschadigd en is iemand minder goed in staat te horen. Hierdoor krijgen de hersenen een onderbroken stroom informatie aangeboden. De hersenen gaan proberen deze onvolledige stroom informatie aan te vullen. Hiervoor wordt informatie gebruikt die is opgeslagen in de hersenen. Bij mensen met oorsuizen wordt dus extra aandacht gegeven aan wat ze horen, maar ook hun geheugen wordt gebruikt om informatie aan te vullen. Het gevolg van dit aanvullingsproces en de mentale overactiviteit die ontstaat is oorsuizen. Oorsuizen is vanuit dit perspectief dus een direct symptoom van overactiviteit in de hersenen en indirect van het gehoorverlies zelf. Personen die lijden aan tinnitus nemen geluiden waar zonder dat er geluidsprikkels zijn. Deze veranderde geluidsperceptie gaat gepaard met veranderde activiteit in een netwerk van hersengebieden.

Resultaten en effectiviteit van neurofeedback bij Oorsuizen

Neurofeedback kan bij oorsuizen als behandeling worden ingezet. Bij oorsuizen is de behandeling erop gericht de overactiviteit, die vaak gezien wordt in de hersenen, te verminderen. Wanneer de overactiviteit vermindert, kunnen klachten afnemen.

Vermoeidheid

Vermoeidheid is voor iedereen een herkenbare toestand. Sommige mensen voelen zich echter continu vermoeid, waardoor hun dagelijks leven ernstig wordt verstoord. Vermoeidheid kan verschillende oorzaken hebben. Het kan ontstaan door slaapstoornissen als slapeloosheid, maar ook wanneer je te weinig of onrustig slaapt, kan er vermoeidheid ontstaan. Moeheid komt ook voor bij ziektebeelden als fibromyalgie, chronisch vermoeidheidssyndroom en ME. Ook uw eet- en drinkpatroon, medicatiegebruik en algemene gezondheid zijn van invloed op het ontstaan van vermoeidheid. Vermoeidheid gaat vaak gepaard met prikkelbaarheid en concentratie- en geheugenproblemen. Wanneer u al langere tijd erg moe bent en u weet niet waar dit door komt, dan kunt u het beste eerst contact opnemen met uw huisarts voor verder onderzoek.

Resultaten en effectiviteit van neurofeedbackbehandeling bij Vermoeidheid

Wanneer bij vermoeidheid behandeling met neurofeedback wordt ingezet, kan dat tot de volgende veranderingen leiden:

  • Vermoeidheidsklachten nemen af
  • Hoofdpijn neemt af
  • Het inslapen en doorslapen verbetert
  • Concentratie verbetert
  • Geheugen verbetert

Meer informatie ontvangen of een afspraak maken?

Neem contact op